Gedistribueerde energiereserve configureren
Softwaregedefinieerd vermogen moet ingeschakeld zijn voordat de functie Gedistribueerde energiereserve kan worden gebruikt. Softwaregedefinieerd vermogen moet geactiveerd zijn door Schneider Electric.
OPMERKING: Softwaregedefinieerd vermogen moet tijdens de serviceconfiguratie
lokaal door Schneider Electric worden geactiveerd om deze selectie
beschikbaar te maken, maar moet worden beheerd via een externe controller
die de netfrequentie monitort. In het geval van een plotselinge afname
van de netfrequentie kan de UPS van op afstand bestuurd worden via
een speciaal ingangscontact om over te schakelen naar de modus Gedistribueerde energiereserve. Neem contact op met Schneider
Electric voor meer informatie.
- Om een ingangscontact te configureren voor Gedistribueerde energiereserve, zie De ingangscontacten configureren.
- Selecteer op het beginscherm van het display .
- Stel Gedistribueerde energiereserve in op Inschakelen of Uitschakelen. Wanneer de functie Gedistribueerde energiereserve ingesteld is op Inschakelen, levert de UPS gedurende een korte periode stroom terug aan het net (tot 30 seconden) om de frequentie (Hz) van het net te stabiliseren bij activatie door een signaal van het speciale ingangscontact. Wanneer de functie Gedistribueerde energiereserve ingesteld is op Uitschakelen, wordt de UPS gedwongen om naar batterijbedrijf over te schakelen bij activatie door een signaal van het speciale ingangscontact, maar zal deze geen stroom terugleveren aan het net.
- Tik op OK om uw instellingen te bevestigen.